Na 22 jaar in vaste dienst te hebben gewerkt voor een postbedrijf, treedt een postbezorger uit dienst en gaat hij via een uitzendbedrijf voor dat postbedrijf werken. Even later treedt hij toe tot een VOF van waaruit hij de werkzaamheden blijft verrichten. Dat doet hij met een leaseauto van de VOF. Hij krijgt maandelijks een vast voorschot uit de VOF. De inkomsten uit de VOF geeft hij aan als winst uit onderneming. De Belastingdienst bestrijdt dat.
De rechter stelt de Belastingdienst in het gelijk. Waarom? De onderneming van de VOF wordt feitelijk gedreven door een andere vennoot. Alleen deze vennoot is volgens het VOF-contract bevoegd om voor de VOF te handelen en samenwerkingsverbanden met derden aan te gaan. Hij is degene die met de opdrachtgevers vervoersovereenkomsten met prijsafspraken sluit. Het postbedrijf schrijft uitsluitend aan deze vennoot voor hoe de post bezorgd moet worden en bovendien dat hij de andere vennoten moet controleren. De conclusie luidt dat de postbezorger in dienst is van de andere vennoot en dat hij loon geniet in plaats van winst uit onderneming.
Tip: In de rechtspraak zien we ook VOF-constructies waarbij wel degelijk sprake is van ondernemerschap en zelfstandigheid. Het gaat om details in de juridische en feitelijke invulling.