Een recent arrest van de Hoge Raad over de aftrek van de werkkamer heeft in de media veel aandacht gekregen. Hoe zit het precies?
1. Wat is er aan de hand?
Een ondernemer/zzp’er had een werkkamer in zijn huurwoning. Vervolgens wilde hij alle kosten, waaronder de huur, van die woning aftrekken. De Hoge Raad heeft hem gelijk gegeven. Omdat de woning voor meer dan 10% voor de onderneming wordt gebruikt, is de aftrek toegestaan. Dat is zelfs verplicht als een woning voor meer dan 90% voor de onderneming gebruikt wordt.
2. Dus ook de privékosten voor het huurhuis?
Alle kosten zijn aftrekbaar. Er komt dan wel een bijtelling voor het privégebruik: ook als sprake is van een huurwoning, zoals in dit geval, geldt een verhoogd eigenwoningforfait van 1,85% over de volledige WOZ-waarde. Daarnaast moet bijtelling plaatsvinden voor het privédeel van andere afgetrokken kosten, zoals gas, water, elektra.
3. Is dat anders dan vroeger?
Nee, dus de commotie is wellicht wat overdreven. De volledige huur kan alleen worden afgetrokken als de ondernemer/zzp’er het volledige huurrecht tot zijn ondernemingsvermogen rekent. Dat is fiscaal meestal de voordeligste optie. De woning zou ook administratief kunnen worden gesplitst, waarbij alleen de werkkamer tot het ondernemingsvermogen wordt gerekend en dus alleen de kosten met betrekking tot de werkkamer aftrekbaar zijn. Een andere optie is aftrek van kosten voor de werkkamer terwijl het huurrecht niet op de balans staat. Dat laatste is alleen mogelijk als sprake is van een ‘fiscaal erkende werkruimte’.
4. Eh… wat is dat?
De werkruimte is dan een zelfstandig deel van de woning, bijvoorbeeld door het hebben van eigen sanitair en een eigen opgang. Verder moet de ondernemer/zzp’er daar per kalenderjaar minimaal 30% — en zelfs 70% als hij elders werkruimte heeft — van zijn inkomsten verdienen en moet hij 70% van zijn inkomsten vanuit zijn werkkamer organiseren. Een werkkamer die een zelfstandig gedeelte van een woning is, moet overigens vaak verplicht op de balans worden gezet. Aan de regels voor de ‘fiscaal erkende werkruimte’ kom je dan helemaal niet toe.
5. Hoe zit het bij een eigen woning?
Dan gelden min of meer dezelfde regels, al hebben ze een andere uitwerking. Het kostenplaatje is anders. In plaats van huur is sprake van rente, onderhoud, afschrijving, enzovoorts. Als de woning op de balans staat, is een waardestijging bij verkoop van de woning belast. Verwacht u een waardestijging van de eigen woning van méér dan 2% per jaar, dan is het in de meeste gevallen niet voordelig om de woning op de balans te zetten.
6. Is het mogelijk alléén de werkkamer op de balans te zetten?
Ja. Dan zijn de werkelijke kosten en de afschrijving aftrekbaar en is alleen de eventuele waardevermeerdering van dat deel van de eigen woning belast. Is de werkkamer geen deel van het ondernemingsvermogen en staat deze dus niet op de balans, maar voldoet u wel aan de eisen voor een fiscaal erkende werkruimte (zie onder 4), dan gaat de werkkamer tot het box 3-vermogen behoren. Er is dan geen hypotheekrenteaftrek en eigenwoningforfait meer voor de werkkamer (berekend naar rato van de oppervlakte van de woning). Van de winst mogen niet de werkelijke kosten (zoals bij de huurwoning) worden afgetrokken, maar wel jaarlijks 4% van de waarde van de werkkamer plus de kosten van verwarming, elektra, inrichting en andere huurderslasten. Het is dus wel zo verstandig de verschillende scenario’s door een expert te laten narekenen.
7. Kun je elk jaar opnieuw de keuze maken?
Nee. Bij aanvang van de onderneming — of bij verhuizing, zie de Tip — kunt u bepalen of u de woning dan wel de werkkamer op de balans zet of privé houdt. Daarna kan dit alleen als zich bijzondere omstandigheden aandienen, maar nieuwe rechtspraak is dat in het algemeen niet.